Wie van prentenboeken houdt, zal het verhaal van de gruffalo waarschijnlijk al lang kennen. Een muis komt in het bos een vos, een slang en een uil tegen. Alledrie willen ze haar opeten, maar ze slaagt erin hen bang te maken door te vertellen dat ze een afspraak heeft met de gruffalo, een vreselijk, maar zelfverzonnen monster. Verwonderd is de muis, wanneer de gruffalo opeens daadwerkelijk voor haar neus staat en haar óók wil opeten. Ze neemt hem mee naar de vos, de slang en de uil, die meteen doodsbang zijn. De slimme muis weet het zo voor te stellen alsof de dieren bang zijn voor haar en de grote gruffalo slaat geschrokken op de vlucht. Het is een leuk verhaal over iemand te slim af zijn, maar de verhaallijn is best ingewikkeld en bestemd voor oudere kleuters.
Julia Donaldson en Axel Scheffler introduceren deze alom bekende gruffalo nu ook bij de allerkleinsten. Ze maakten een reeks boekjes om de cognitieve basisvaardigheden van peuters spelenderwijs te oefenen met prenten van de hoofdpersonages uit de De gruffalo. De tegenstellingen die in dit boekje aan bod komen, zijn basisbegrippen die door peuters in het dagelijks leven ook frequent worden gebruikt: groot-klein, langzaam-snel, blij-verdrietig, lang-kort, hoog-laag, dag-nacht. Op elk blad wordt één tegenstelling uitgewerkt, zodat de twee delen van die tegenstelling letterlijk naast elkaar staan. De peuter kan dus in een oogopslag de tegenstelling als één geheel bekijken en net dat is belangrijk om het verschil te leren zien. De sublieme illustraties zorgen ervoor dat het kind de tegenstelling perfect kan begrijpen. Bij sommige tegenstellingen strekt de prent zich uit over het ganse blad. De tegenstelling wordt dus in één grote prent gevat. Zo kronkelt de lange slang zich van links naar rechts over de volledige breedte van het blad. Op die manier wordt het verschil in lengte met het korte rupsje extra benadrukt. Andere tegenstellingen worden dan weer uitgewerkt door twee opeenvolgende taferelen naast elkaar te zetten, een beetje zoals in een stripverhaal. Op de linkerbladzijde houdt de muis bijvoorbeeld blij haar nootje vast. Op de rechterbladzijde ernaast is ze verdrietig omdat een vogel met de noot gaat vliegen. De prenten lijken erg groot en zijn tegen een rustgevende witte achtergrond afgebeeld, wat het kind zal ondersteunen om zijn aandacht beter te focussen. Het boekje is bovendien uitgewerkt in stevig karton met afgeronde hoeken en is dus uitermate geschikt om meermaals door peuterhandjes vastgepakt te worden.
Er zijn boekjes voor peuters over tegenstellingen op de markt met de meest uiteenlopende thema’s, dus in die zin is dit boek niet erg origineel. Het verdient wel extra aandacht omdat het didactisch uitzonderlijk goed in elkaar zit, dankzij de bruikbare begrippen en duidelijk uitgewerkte, mooie illustraties. [Katrien Maris] Verberg tekst

Oblong, hardkartonnen peuterboek met twee afgeronde hoeken, waarin het begrip tegenstelling duidelijk wordt gemaakt. De illustraties geven goed de behandelde tegenstellingen weer. Onder de vrolijk gekleurde tekeningen staan alleen de losse begrippen die bij de desbetreffende tekening horen, zoals 'dicht' tegenover 'open', ‘groot’ en ‘klein’ of ‘verdrietig’ en ‘blij’. Erboven staat een korte inleidende tekst. De illustraties zijn gedetailleerd; de afgebeelde dieren en voorwerpen zijn dun omlijnd en het geheel heeft een knusse sfeer. Het boekje verscheen in de serie ‘Eikenbosverhalen’*, dat inmiddels uit acht deeltjes bestaat. Kinderen die al eerder boekjes uit deze serie hebben bekeken, zullen de dieren herkennen. De afgebeelde situaties zijn gebaseerd op eerdere (iets kleinere) uitgaven over een groepje dierenvrienden uit het bos, zoals ‘Vos zonder sokken’ en ‘Een brief van Beer’ (verschenen in de serie ‘Rijmpjes uit het bos’; 2001). Aantrekkelijke uitgave van de makers van o.a. de boeken over de wereldberoemde Gruffalo en over Mannetje Tak. Vanaf ca. 2 jaar. Verberg tekst

Met de gekende figuren uit de populaire Gruffalo-boeken werd een reeks educatieve boekjes gemaakt. Dit exemplaar gaat over tegenstellingen. De Gruffalo is groot, muis is klein. Een slak is langzaam - ik zou traag zeggen -, de vos is snel. Muis is blij met een eikel maar als een vogel hem steelt, is ze verdrietig. De slang is lang en de rups is kort. Een vogel zit hoog in de boom en de slang ligt er laag onder. Als de uil slaapt, is het dag en als hij wakker wordt, is het nacht.
De bladzijden zijn gekartonneerd en tegen kinderhandjes bestand. Over de duidelijke en verzorgde prenten kan gepraat worden, de begrippen zijn duideljk. Geschikt voor peuters en kleuters vanaf twee jaar.